RESULTAAT (max 20 woorden)
Spooks
Je hebt gezocht op het woord: spook.
Betekenis ' spook '
spo·ken (spookte, heeft gespookt)
1. als spook rondwaren: het spookt er (a) er waart een spook rond; (b) het gaat er wild en gevaarlijk toe
2. (van gedachten, gevoelens) woelen, niet met rust laten
spook (het; o; meervoud: spoken)
1. terugkerende dode: spoken zien bang zijn voor niet-bestaande gevaren
2. onuitstaanbare vrouw
3. angstaanjagend beeld: het spook van de oorlog